Daniëlle Groenewoud is sinds 2008 gz-psycholoog. Ze is werkzaam in een eigen praktijk in de basis ggz, in de ouderenzorg èn als buitenpromovendus verbonden aan de Open Universiteit. Daniëlle heeft veel affiniteit met de relatie tussen mens en dier, en specifiek de invloed daarvan op de psychosociale ontwikkeling van kinderen. In haar werk als gz-psycholoog gaat ze graag met cliënten in gesprek over de relatie die ze hebben met hun huisdier, of de vroegere huisdieren als kind. In deze verhalen blijkt vaak hoe belangrijk het dier voor hen is (geweest). Cliënten met een depressie knappen op door het plezier met het dier, de verantwoordelijkheid en zorg die ze hebben. Maar vooral het idee dat het dier er voor hen is, onvoorwaardelijk, en dat zij er voor het dier willen zijn. Cliënten uit een disfunctioneel gezin vertellen vaak hoe veel troost ze krijgen bij het dier, iets dat ze niet bij de ouders kregen. Of over het ontwikkelen van vriendschappen door het hebben van een huisdier. Daniëlle ziet de rol van het huisdier als mediator, buffer, en aanjager voor de psychosociale gezondheid van mensen. Met haar onderzoek wil ze in kaart brengen hoe belangrijk huisdieren nu eigenlijk echt zijn voor kinderen, en wat deze relatie voor hen betekent.